Chnese filosofie
In het algemeen zoekt de Chinese filosofie niet alleen naar de waarheid, maar stelt ze zich ook hardop vragen naar de gevolgen ervan. Dus de consequenties van die waarheid in een bepaalde setting en wat er zou moeten gebeuren onder de mensen.
Chinese kaartspellen zijn net zoals de rest van de Chinese cultuur doorspekt met traditionele filosofie. De filosofie vertaalt zich bijvoorbeeld in strategie en doel van een spel.
Een voorbeeld is de factor geluk die bij filosofische begrippen uit de Chinese cultuur belichaamt. .
Geschiedenis chinese filosofie
Chinese filosofie gaat terug tot de 5 de eeuw voor Christus maar zowat alle filosofen bouwen voort op een traditie die veel verder teruggaat dan de 5de eeuw.
Deze pre keizerlijke tradities houden onder andere in dat er hogere machten zijn die zich met het menselijk leven kunnen bemoeien. Daarnaast is er een bepaalde natuurlijke orde in dingen en gebeurtenissen waarnaar de mens zich dient te voegen.
Voorbeelden Chinese filosofische stromingen
In chronologische volgorde is de meest bekende misschien wel Micius die universele liefde bepleitte. Andere stromingen zijn de Dialectici, de Excentrieken, de Naturalisten, de Legalisten.
Maar het Confucianisme en Taoisme zijn de meest overgebleven Chinese stromingen. Beide stromingen vullen elkaar aan: Confucianisme gaat over de buitenkant van het Chinese denken, de sociale kant van het Chinezen zijn. Taoïsme vult deze stroming aan met binnenkant, het individu.
Chinese kaartspellen en filosofie
Er zijn spelers die geloven dat de Chinese filosofie bepalend is voor het verloop van een kaartspel. Bijvoorbeeld Yin en Yang, uit de tijd van het naturalisme. In de natuur zijn yin en yang elkaar aanvullende begrippen. Waarbij Yin refereert naar koud en vrouwelijk en Yang naar warm en mannelijk. Voor kaartspellen belangrijk is dat als Yin op haar hoogtepunt is, automatisch een yang wordt opgeroepen.
De toepassing ervan kan zo simpel het gelacht van de gewenste dealer bepalen, noodzakelijk voor geluk. Zo zal een mannelijke speler dan vaker kiezen voor een vrouwelijke dealer bij Blackjack bijvoorbeeld.
Chinese keizerrijk
Helaas bleek filosofie niet verenigbaar met het Eerste Chinese Keizerrijk in 221 voor Christus. De Keizer had het centrale gezag en werd bijgestaan door ambtenaren die geschoold waren in de filosofie van Confucius.
Hoewel hij het anders zag, heerste er helaas niet altijd harmonie en werden van tijd tot tijd regelmatig maatregelen getroffen om de harmonie te herstellen, met soms ook verbod op speelkaart spellen en gokspellen. Iets wat vandaag de dag nog steeds wordt aangegrepen als het slecht gaat met de economie. Maar toch weerspiegelde de invloed van Confuciaanse waarden het belang van de staat om het publieke gedrag te reguleren.
EERSTE Verbod op kaartspellen in CHINA
Nergens ter wereld zijn kaartspellen door de eeuwen heen als kunstwerken vervaardigt als in China. Maar dat hield een verbod nooir tegen. Een eerste officiële verbod op gokken met speelkaarten dateert van de Tang-dynastie (618–907 n.Chr.). Keizer Yizong (860–873 n.Chr.) vaardigde decreten uit die verschillende vormen van gokken, waaronder het gebruik van speelkaarten, verboden. In deze periode werden speelkaarten al populair, en gokken in verband met kaarten werd gezien als een sociaal probleem dat gereguleerd moest worden.
Ook latere dynastieën, zoals de Song-dynastie (960–1279 n.Chr.), probeerde men gokken beperken. De Song-regering trachtte de verspreiding van gokken onder controle te houden vanwege zorgen over moreel verval en de mogelijke verstoring van de sociale orde.
Deze vroege verboden weerspiegelden de invloed van Confuciaanse waarden, die de nadruk legden op sociale harmonie en persoonlijke verantwoordelijkheid, wat overeenkwam met de belangen van de staat om het publieke gedrag te reguleren.